1
2
 
D
A
 
 
S
S
 
 
 
 
 
S
S
 
 
 
 
 
S
S
 
 
1
 
 
 
 
 
 
 
A
A
 
 
 
 
 
A
A
 
 
 
 
 
S
S
 
 
 
 
 
S
S
 
 
 
 
 
A
A
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
A
A
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
A
A
 
 
 
 
 
A
A
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
A
A
 
 
 
 
 
S
S
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
A
A
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
 
S
S
 
 
 
 
 
D
D
 
 
 
 
Wedstrijddag
Kunstgras
Doorgegaan
23 sep 2016
Nee
Ja
 
Thuis
Bezoekers
 
FC Moorsel (Tervuren)
7 - 1
Don Bosco
 
 
Wedstrijdverslag
  (Klik hier voor de aanwezigheden)
  Salecianie en de potige poort

Zacht geruis van het stromend badwater overstemt de radiomuziek terwijl ik men voeten tussen het gebroken glas plaats. De lege flessen op de tafel geuren bitter naar het bier van het festijn. Men blik speurt verder maar de kamer blijft leeg en de wind waait guur doorheen het vensterraam. Glas dat kraakt onder men zool kan me verraden maar de aantrekking is te groot dus buig ik voorover en daalt men blik de vijf verdiepingen naar beneden. Centraal in het zwembad, drijft ze levenloos, de haren gespreid. Gisteren nog zat ze naast me. Hard word ik bij de schouder genomen en terug naar binnen getrokken. Rood gloeiende haren geuren naar rozemarijn maar de gerichte klap op het achterhoofd is hard.

Mompelende stemmen op de achtergrond leiden men aandacht af van de barstende hoofdpijn. Handen zijn te strak gebonden maar men voeten tasten de voor het overige lege kofferruimte af. De lichtstraal doorheen de passagierszetels verloent de zwarte viltbekleding maar ik krijg me onvoldoende gedraaid om zelf een glimp op te vangen. De mannenstemmen vervagen en enkel de krakende kiezels onder de achterbanden doorbreken de stilte. We minderen vaart en een piepende rem brengt ons volledig tot stilstand. Finitura, spreekt een vrouw klaar en duidelijk. Ze moest vooraan zitten, misschien wel achter het stuur. Haar stem was zo krachtig en duidelijk, waar heb ik die eerder gehoord? Als op slechts een kilometer van de zon knijp ik men ogen dicht. De verschroeiende lichtinval wordt enkel onderbroken door twee schimmen die me als een veer rechtop zetten. Walk! Blijkt het onvriendelijke commando.

Te overdonderd om mijn hongerige maag antwoord te bieden, slenter ik tussen twee kale kleerkasten over de oprijlaan van een wijngaard. Voor me loopt de roodharige dame in strakke pas voorop. Witte kiezels lopen tussen de ranken door en eindigen verderop bij een stenen hacienda. De Italiaanse zomerzon staat op haar hoogst wanneer we halt houden onder de gemetste boog. Haar rozemarijn is nog niet verdwenen wanneer ze een schop in men handen duwt. Scavo! Men Italiaans zit verder dan de eencellige wezens op de zeebodem maar zoveel opties zijn er niet met een schop me dunkt.

Lende diep is de kuil en men t-shirt schuurt door de mix van zand en zweet. De twee garderobes hebben ondertussen reeds een donkerbruine kist naast me geplaatst en de hoop op verbetering ontglipt me. Gin tonic, dat was het! Met komkommer en rozemarijn. De avond ervoor op het terras van het hotel. Nooit gedacht dat ze een Italiaanse was, zulk een verfijnd Engels dat ze sprak. Haar grijs groene ogen laten me niet meer los terwijl de twee bergmeubels de kist dichten. Daar lag ik dan, dakloos en dra bedolven onder steen en ik voelde me, dat geef ik toe, een tikkeltje alleen. Daar, ver onder de brandende zon, waar de stenen boog een poort maakt, ervaarde ik een gevoel, apart en uniek als geen, het gevoel om gepoort te zijn zoals nooit voorheen.

Uw verslaggever,
T.B.